dinsdag 19 juni 2018

Ik moest huilen, omdat het mensonterend is

Ik werk in de zorg, op een dagactiviteitencentrum voor mensen met dementie. Bijna elke dag is het er leuk, gezellig, vrolijk en ben ik dankbaar dat ik met deze mensen mag werken, dat ik ze een leuke dag mag bezorgen. Maar vandaag was het een hele verdrietige dag. Vandaag moest ik machteloos aanhoren hoe mensonterend de zorg in Nederland ook kan zijn. 


Dit verhaal gaat over Karel

Karel is 84 jaar en komt al jaren wekelijks bij ons op bezoek. De laatste jaren komt hij twee keer per week. Karel is onze Archie (Bunker) van de groep. Hij houdt van mopperen, niets is goed en iedereen is stom en raar. Maar Karel krijgt ook een grote glimlach op zijn gezicht als hij uit de bus stapt en ons bij de deur ziet staan. Karel geeft ook wel eens een complimentje. Karel maakt ook grapjes. Hij is dol op onderonsjes met de andere mannen van de groep. Hij wijst met plezier naar de dames met de lekkere kontjes en zwaait naar buiten als er een "lekker ding" langs komt. Karel is gewoon Karel, een getrouwde man met kinderen. Zo'n mopperaar met een hart van goud, u kent ze vast wel dat soort mannen. 

Eind vorige week bleek het niet zo goed te gaan met Karel en moest hij in het ziekenhuis opgenomen worden. Zijn vrouw liet ons weten dat ze niet wist hoe lang het zou duren, maar zodra hij thuis zou komen zou ze het laten weten. 

Vandaag belde de vrouw van Karel weer en ze vertelde dat hij niet meer terug zal komen. Karel ligt nog in het ziekenhuis, maar zal daarna opgenomen worden in een verpleeghuis op een gesloten afdeling. Ik vroeg aan haar hoe het nu met hem gaat (had ik dat maar niet gedaan). 

Mw. vertelt dat haar man de weg kwijt is en dat hij onhandelbaar is voor het personeel van het ziekenhuis. Ze hebben haar toestemming gevraagd om hem vast te mogen binden. Dit heeft ze gegeven (zonder te weten wat de gevolgen zouden zijn vermoed ik zo). Met deze toestemming heeft het ziekenhuis ervoor gekozen om Karel 12 uur per dag vast te binden in een rolstoel! 12 uur lang!!!! Karel die zo graag vrij en zelfstandig is, die zo lekker eigenwijs zijn eigen gang wil gaan. De man die bij ons zonder begeleiding naar het toilet ging, de man die zelfstandig zijn broodtrommel uit zijn tas haalde en op tafel legde. Karel zit vastgebonden en om het leed te verzachten zet het personeel de rolstoel zo neer dat hij naar de konijntjes kan kijken. 



Ik kan mijn oren niet geloven, ik krijg overal kippenvel en begin aan de telefoon te huilen. Het kost me moeite om dit niet aan mw. te laten merken. Om naar de konijntjes te kijken???? Karel houdt helemaal niet van konijntjes! De playboy moet je voor hem neerleggen en je moet iemand regelen die hem aandacht geeft, iemand die hem kent, iemand die gesprekken met hem voert en hem gelijk geeft ook al heeft hij dat niet. Waarom belt zo'n ziekenhuis niet even naar ons op om te vragen hoe wij met hem omgingen? 
Zijn vrouw vertelt dat ze het wel voor elkaar gekregen heeft dat hij los mag als zij bij hem op bezoek is. Goh, hij mag af en toe los wat een eer! 

Nadat ik het gesprek heb afgesloten laat ik de tranen maar even gaan. Ik visualiseer hoe Karel 12 uur lang vastgebonden zit in een rolstoel, maar het gaat mijn voorstellingsvermogen te boven. Mijn vriend Karel met wie ik zoveel gelachen heb, die ik zo vaak samen met mijn collega's blij wist te maken met aandacht en begrip. Karel die zei dat hij nooit bier dronk, maar oh zo kon genieten als we het toch gaven. Het is niet eerlijk! Niemand mag zo lang vastgebonden worden. Zelfs dieren doe je dit niet aan. 

Ik kan niets voor Karel doen, alleen dit verhaal delen en hopen dat mensen die de opdracht tot vastbinden uit moeten voeren zo wijs zijn om daar tegen te protesteren. 

Ik dacht dat vastbinden niet meer van deze tijd was, maar blijkbaar is het toch de makkelijkste oplossing. Makkelijker dan investeren in personeel dat weet, of leert, hoe ze om moeten gaan met mensen met dementie. 

Zou bovenstaande ook een gevolg zijn van de bezuinigingen in Nederland? Ik hoop het niet, maar ik vrees het ergste.........

Tegen Karel wil ik alleen maar zeggen: Geef op, dan ben je weer vrij. 


Monika Eberhart 


Photo by Atik sulianami on Unsplash

zondag 14 januari 2018

Zuster u heeft meer tijd nodig voor administratie dan voor de klant

Sinds een paar weken werk ik weer in de wijk als verzorgende IG. Als tweede baan een paar dagen per maand. Het is spannend, heel spannend. Al die nieuwe regeltjes, kan ik daar wel mee omgaan? 


Na een aantal jaar ben ik weer begonnen met werken in de thuiszorg als verzorgende. De eerste keer dat ik weer alleen een route moest lopen was ik zenuwachtiger dan ik had verwacht. Zou ik bij iedereen op tijd zijn? Zou ik elk adres in een vreemde stad weten te vinden? Gaan mensen me binnenlaten? Gaat het me lukken om met de telefoon te rapporteren? Kan ik die voorbehouden handelingen wel zonder de begeleiding naast me? Ga ik geen fouten maken? Vergeet ik geen sleutels? Wat als ik autopech krijg?..........

Ik ben nu een paar weken, en een paar routes, verder en het is me gelukkig meegevallen. Even wennen aan het feit dat ik in een uniform over straat loop en dat iedereen je dan zuster noemt. Maar verder is het eigenlijk een feestje om weer zoveel voor mensen te mogen betekenen die zorg nodig hebben.

Zuster u heeft meer tijd nodig voor administratie dan voor de klant

Het meest gehoorde zinnetje in de afgelopen weken was: "Zuster, u heeft meer tijd nodig voor de administratie dan voor de klant". Elke keer als een cliënt deze woorden hoor uitspreken krijg ik een steek. Ik ervaar nu elke keer weer de gevolgen van die suffe bezuinigingen en onnodige regels.

Dhr. Bruinsma

Zo kwam ik afgelopen zaterdag bij dhr Bruinsma. Op oudjaarsdag was ik daar ook geweest, toen moest ik nog zorg leveren aan dhr. en mw.  Afgelopen zaterdag was het alleen nog maar dhr. Zijn echtgenote was een paar dagen ervoor overleden en zaterdag zou ze begraven worden.

Als ik binnenkom zie ik daar een oude man met diep, diep verdriet voorovergebogen aan tafel zitten. Ik hoef hem alleen maar te helpen met zijn steunkousen aan te doen en heb daar precies 10 minuten de tijd voor (wat natuurlijk makkelijk haalbaar is).
Ik geef dhr. een hand en condoleer hem met het verlies van zijn vrouw. Hij blijft mijn hand vasthouden en begint vrijwel meteen te huilen. Ik ga bij hem zitten, blijf zijn hand vasthouden en vraag wat er gebeurt is.
Hij vertelt huilend zijn verhaal, hoe zijn vrouw toch heel onverwacht is overleden en dat  ze 61 jaar getrouwd waren. Vorig jaar hadden ze nog een groot feest gehad ter ere van 60 jaar huwelijk. Hij glundert door zijn tranen heen als hij over haar praat. Ik kan het niet over mijn hart krijgen om hem te stoppen omdat we al 10 minuten verder zijn.
Ik besluit om letterlijk schijt (dat mag ik natuurlijk niet zeggen) te hebben aan de regels en kies ervoor om met aandacht naar dhr. luisteren tot hij vindt dat hij klaar is. Pas daarna zeg ik: "zal ik u helpen met uw steunkousen". Hij dept zijn ogen droog en zegt: "Oh ja, daar kwam je voor he?".

25 minuten later verlaat ik het huis van dhr. Een kwartier langer dan toegestaan, maar dat kan me niks schelen. Ik voel onverwachte boosheid. De overheid bepaalt toch zeker niet hoeveel aandacht ik mag besteden aan de mensen waar ik voor moet zorgen?. Luisteren en troost bieden is ook kwaliteit leveren.
Naast boosheid voel ik ook trots en geluk. Trots op mezelf dat ik eigenwijs ben ik gelukkig dat ik iemand voor heel even een fijn gevoel hem mogen geven.

Wat de regels in de zorg ook zijn, als ik voel dat ik er vanaf moet wijken omdat het beter is voor mijn medemens dan zal ik dat altijd doen.

Rust zacht mw. Bruinsma en weet dat uw man heel veel van u houdt.


Monika Eberhart



Photo by Roman Kraft on Unsplash