Ik schrijf. Ik schrijf van alles, maar meestal gaat het over dementie. Toch wil ik soms over iets anders schrijven en dan vind ik het niet passen in een blog over dementie. Vandaar deze pagina, waar ik naar hartenlust kan schrijven over wat ik interessant, leuk, dom, lief, mooi, ontroerend, grappig, saai of wat dan ook vind. Verhalen worden hier geschreven op persoonlijke titel.
maandag 4 december 2017
Lang leve het levensboek
maandag 16 oktober 2017
Seksuele intimidatie
De media raakt voller en voller met berichten over seksuele intimidatie. Beroemde mannen, grote namen, die zich vergrijpen aan vrouwen en hiermee misbruik maken van hun macht. Dankzij actrice Alissa Milano is #metoo is trending op Twitter. Vrouwen twitteren massaal over seksueel geweld. Ook mijn twitter heeft #metoo gekregen.
zondag 15 oktober 2017
De charme van de broeder
Omdat ik binnenkort weer in de thuiszorg aan het werk wil als verzorgende IG mocht ik vorige week twee routes met collega's meelopen. Tijdens de avondroute mocht ik met 'broeder' Johan mee.
Het was erg warm bij dhr. in de woonkamer. Johan keek op de thermostaat (25 graden) en we keken elkaar aan en dachten waarschijnlijk hetzelfde. Dit had dhr. meteen door en zei: 'Je hebt er toch niet aan gedraaid he?'.
' Ik zou niet durven! ' zei Johan met een glimlach.
' Dat is je geraden ook, ik bepaal de stand van de knoppen hier want het is mijn huis, als je 97 jaar bent met weinig beweging en vet op de botten dan krijg je het nu eenmaal snel koud'.
Johan knikt ' U heeft helemaal gelijk!'
'Nou, dat dacht ik ook', met glunderende ogen en een glimlach.
- ' Je moet maar eens in je salaris gekort worden als je hier niets aan kunt doen!' aldus dhr. tegen Johan.
- ' Ik zal eens kijken wat ik voor u kan betekenen '
Johan liep naar de keuken en kwam terug met een tube zalf.
- ' Smeer dit maar op de korstjes '
- ' Op mijn oog? '
- ' Doe maar op het randje, waar de korstjes zitten'
Dhr. deed zijn bril af, Johan deed een beetje zalf op zijn vinger en dhr. smeerde dit op de korstjes. Althans, deed hier een poging toe en kwam onder de korstjes terecht, maar dat deed er even niet toe. Hij zette zijn bril weer op en liet het resultaat al glunderend aan Johan zien.
' Helemaal goed. Smeer ook maar wat op het andere oog, daar zitten ook wat korstjes '
Dhr. deed zijn bril weer af en smeerde ook onder het andere oog. Nu had hij twee witte wallen onder zijn ogen. Hij zette zijn bril weer op. Hij zag er tevreden en blij uit.
Johan pakte zijn telefoon om een foto van het resultaat te maken en aan dhr. te laten zien.
- ' Zeg, daar heb ik geen toestemming voor gegeven hé? ' quasi verontwaardigd.
- ' Dat maakt niet uit, kijk maar even hierheen ' Johan en dhr. kennen elkaar duidelijk goed en zijn vertrouwd met elkaar.
Dhr. Visser ging, voor zover mogelijk, rechtop zitten en poseerde parmantig voor de camera. Na een paar mislukte wazige foto's (zo gaat dat met die smartphones, nooit in een keer goed) liet Johan het resultaat zien en dhr. Visser keek tevreden naar het scherm.
- ' Nou, dat is niet slecht! ik val mezelf niet tegen, zie er nog fantastisch uit voor mijn leeftijd. Daar kan ik nog wel een mooie dame mee scoren'. Hij heeft een smile van oor tot oor en kijkt Johan lachend aan.
Ze snappen elkaar.
Deze twee heren hebben duidelijk een 'mannen onder elkaar' contact. Ik zit erbij, kijk ernaar en geniet. Een broeder in de zorg heeft toch een ander contact met mannelijke zorgvragers dan een zuster. Het is een soort "ons kent ons" tussen de heren.
Er waren meer mannelijke cliënten op die avond en bij elke man die we bezochten zag ik hetzelfde ons kent ons contact tussen de broeder en de zorgvrager. Allemaal op hun eigen manier binnen hun eigen beleving.
Ik vind mannen die in de zorg werken een aanwinst voor elke organisatie. Ze zitten toch anders in elkaar dan vrouwen en dat merk je aan de reacties van de cliënten als de broeder binnen komt.
Mannelijke cliënten praten sneller met een broeder over Voetbal en Max Verstappen en de grapjes die ze maken worden sneller begrepen door een "soortgenoot".
Voor dhr. Visser was Johan duidelijk het geniet moment van de dag.
Laten we gaan voor 50/50 in de zorg. Dat lijkt me de perfecte verdeling. Helft mannen en helft vrouwen. En dan heb ik het over de mannen aan het bed en niet de mannen in de directiefauteuils en aan de bureaus van de raad van besturen. Die voegen niets toe voor de cliënt...........en dat heb ik dan zacht uitgedrukt.
Monika Eberhart
donderdag 31 augustus 2017
Het zijn de kleine dingen die het doen
Mw. Klein heeft dementie. Een intelligente dame van 74 jaar die al mopperend duidelijk maakt wat ze wil, maar vooral wat ze niet wil. Ze komt één dag in de week naar het dagactiviteitencentrum. Ze komt vrolijk binnen en gaat vrolijk naar huis, maar in de tijd tussen aankomst en vertrekt moppert ze er vrolijk op los.

Ik vraag haar hoeveel bolletjes ze wil, een, twee of drie? 'Dan wil er drie' zegt ze.
Mijn collega en ik kijken elkaar begrijpend aan. Geen woorden nodig.
Als ik later mw. Klein naar de bus begeleid knijpt ze me even in mijn arm en zegt 'Bedankt voor het ijs, jullie weten niet hoe blij ik daarmee ben. Tot volgende week, dan kom ik weer.'.
'Tot volgende week mw. Klein.'
Het zijn de kleine dingen die het doen..........
Monika Eberhart
donderdag 24 augustus 2017
Het is poep, het is pies en dat is best wel vies
Ze is ergens begin 70 en heeft gevorderde dementie. Ze weet niet meer wanneer ze naar het toilet moet, ze herkent dat gevoel niet meer. Na het middageten help ik haar, zoals gewoonlijk, naar het toilet om te plassen. Vandaag verloopt het echter anders dan normaal.
![]() |
Photo by Logan Ripley |
Handen afdrogen gaat op dit moderne toilet ook niet vanzelf. Het witte vierkante apparaat dat aan de muur hangt is vreemd voor Lotte. Ik trek er een aantal witte papieren vellen uit en droog daarmee Lotte haar handen. Ik controleer meteen haar nagels, of ze nog wel wit zijn.
P.S. Meneer Rutte, komt u ook een dagje helpen?
dinsdag 8 augustus 2017
Diep geraakt, diep getroffen
Vandaag las ik mijn gedicht "Als" voor op mijn werk. Ik werk met mensen met dementie en zij zijn mijn inspiratiebron. Het gesprek vandaag ging over gedichten. Mevr. X vertelde dat ze vroeger veel gedichten uit haar hoofd moest leren en ze wist er nog een paar op te zeggen. Prachtig om te horen hoe ze op haar 93ste nog zoveel gedichten uit haar hoofd op kon zeggen.
Terwijl we aan het kletsen waren over gedichten vertelde ik haar dat ik zelf ook gedichten schrijf. Ze vroeg of ik er een voor kon lezen. Even was ik in twijfel, was het wel verantwoord om gedichten over dementie voor te lezen aan mensen met dementie? Uiteindelijk vond ik dat ik het gewoon moest doen, ik zou wel zien wat voor effect het zou hebben.
Ik schraapte mijn keel en probeerde zo duidelijk mogelijk voor te lezen (mevr. X is slechthorend).
![]() |
Klik op afbeelding om te vergroten |
vrijdag 28 juli 2017
Waarom werk ik eigenlijk in de zorg? Is het uit empathie of uit egoïsme?
Ik werk in de zorg, met mensen met dementie, en ik doe het met liefde en plezier. Laat dat als eerste gezegd zijn. Ondanks dat vraag ik me wel eens af waarom ik het eigenlijk zo leuk vind om met mensen met dementie te werken. Is dat omdat ik zo'n geweldig empathisch vermogen heb? of gewoon uit egoïsme omdat het mijn ego streelt?
Vanaf mijn allereerste werkdag heb ik met mensen met dementie gewerkt, het is gewoon op mijn pad gekomen zonder dat ik daar bewust voor gekozen heb. Blijkbaar was er iets waardoor ik geschikt was om met deze doelgroep te werken.
Na al die jaren werken met mensen met dementie vraag mij af wat mijn drijfveer is. Waarom kies ik ervoor om met mensen te werken die soms elke drie minuten dezelfde vraag stellen? Die niet meer weten hoe het toilet werkt en muren en deuren met ontlasting besmeuren. Die niet meer willen eten omdat ze niet weten hoe het moet. Die honderd keer per dag de code van de deur proberen in te toesten omdat ze naar huis willen. Mensen die mij wanhopig en smekend aankijken en lijken te vragen of ik hun zorgen weg wil nemen.
Hoe kan het dat ik elke keer weer het geduld heb om elke drie minuten antwoord te geven op steeds weer dezelfde vraag? Als thuis een van mijn dierbaren een vraag stelt die mij irriteert reageer ik vaak onredelijk. Niks geduld. Maar bij mensen met dementie lijkt het wel of ik een ander mens ben. En als mijn geduld wel eens opraakt (ik ben ook maar een mens) dan kan ik mezelf redelijk snel herpakken. Beetje humor hier en een beetje muziek daar en ik heb weer energie.
Het kan toch niet alleen maar empathie zijn die ervoor zorgt dat ik engelengeduld heb? Ik denk dat zorgen voor mensen met dementie ook ergens mijn ego streelt. Het feit dat ik in staat ben om de persoon met dementie gerust te stellen en blij te maken doet meer met mij dan met die ander. Het geeft een gevoel van onmisbaar zijn en blijkbaar is dat een lekker gevoel.
Het is een soort macht die je voelt (in de positieve zin). De ander is afhankelijk van mij om zich goed te voelen en dat zorgt er dan weer voor dat ik me goed voel.
Ze zeggen wel eens dat werken in de zorg een roeping is en dat het altijd met liefde gedaan wordt. Is dat zo? Ja dat is zo, maar ik denk dat het ook een stukje egoïsme is. Niet omdat je dan lekker veel geld verdient (dat is alleen weggelegd voor de CEO's) maar omdat het zo lekker voelt om nodig te zijn. Dat blije gevoel dat je krijgt als je de ander met kleine dingetjes gelukkig maakt, daar doe je het voor.
Dus om te kunnen werken in de zorg, met name de zorg voor mensen met dementie, moet je empatisch zijn en ook een beetje egoïstisch. Het moet je iets opleveren anders houdt je het niet vol. Niemand wil iets voor een ander doen zonder er iets voor terug te krijgen. Van mensen met dementie krijg je vooral heel veel dankbaarheid terug. Dankbaarheid die je moet kunnen zien omdat ze het niet altijd uitspreken. Dus je moet ook goede ogen hebben. Sterker nog, je moet goed werkende zintuigen hebben. Vaak communiceer je met mensen met dementie via je zintuigen.
Hoe dan ook.....
Monika Eberhart
Photo by Jake Thacker on Unsplash
donderdag 6 juli 2017
Als je in mijn land bent dan moet je mijn taal spreken
Ik reisde laatst weer eens met de trein. Het was een korte rit van ongeveer 20 minuten.
Het leuke aan de trein is dat je meer meemaakt dan wanneer je alleen in de auto aan het reizen bent. Zo ook deze keer.
De trein staat stil op een tussenstation op weg naar mijn eindbestemming. Ik kijk naar buiten en zie daar een jonge dame staan die op het punt staat in te stappen. Ze komt bij mijn stoel staan en vraagt of ze daar mag zitten. Ze vraagt het in het Nederlands dus ik ga er vanuit dat ze de taal spreekt. Natuurlijk mag ze daar zitten.
Aan de overkant van het gangpad, aan haar kant (ik zit bij het raam) gaat een oudere heer zitten.
Als we weer gaan rijden begint dhr. met de jonge dame te praten, in het Spaans. Ik maak eruit op dat ze elkaar al op het perron gesproken hebben. Hij legt aan haar uit dat ze op Rotterdam Centraal uit moet stappen en dat ze daar met de snelle trein verder kan reizen naar Amsterdam. Ze bedankt hem hartelijk voor zijn hulp.
Na een paar minuten stilte begint dhr. weer te praten. Hij vertelt aan de jonge dame dat hij uit Suriname komt en dat hij het zo leuk vindt om met mensen te kletsen in het Spaans. Dit omdat hij de taal in schrift zo goed beheerst, maar praten lastiger is en hij dat wil oefenen. Persoonlijk vind ik dat hij het prima doet.
De jonge dame luistert naar zijn relaas over zijn leven en knikt af en toe instemmend. Hij vertelt haar dat hij altijd de taal spreekt van het land waarin hij zich bevindt. Hij vertelt er niet bij om welke landen het gaat. Als opgroeiend kind in Suriname heeft hij in ieder geval Nederlands, Spaans en Engels geleerd.
Dhr. legt aan het meisje uit dat het belangrijk is om je aan te passen aan het land waarin je leeft. Dat je dus Nederlands moet leren als je in Nederland bent en b.v. Spaans als je in Spanje bent. (arme Nederlandse toeristen, die komen vaak niet verder dan una cerveza por favor).
De jonge dame blijft beleefd antwoord geven, wel zo kort mogelijk. Ik krijg het idee dat ze niet zoveel behoefte heeft aan een uitgebreid gesprek, ze wil vooral contact maken met de wifi in de trein maar uit beleefdheid laat ze haar telefoon op haar schoot liggen.
Dhr. laat haar nogmaals nadrukkelijk weten dat je altijd de taal moet leren van het land waarin je woont en dat je die taal dan moet spreken. Hij zegt dat ze Nederlands moet leren.
Na weer een korte stilte zegt hij "Waarom spreek je geen Nederlands als je in mijn land bent?" De jonge dame kijkt hem wat onzeker aan en na enig aarzelen zegt ze "I am a tourist here, this is my third day in The Netherlands".
Toen werd het wat langer stil.
Ik fluisteren in haar oor:" Holandes is muy difícil y acá todo el mundo habla Ingles". Ze glimlacht.
Monika Eberhart
Photo by Soroush Karimi on Unsplash
donderdag 4 mei 2017
Dodenherdenking, we moeten blijven herdenken
Vandaag ben ik voor het eerst van mijn leven aanwezig geweest bij een dodenherdenking. Ik woon al ruim 36 jaar in Nederland, maar had nooit de moeite genomen om naar een herdenking te gaan. Vandaag dus wel en ik was onder de indruk.
De twee minuten zijn om.
De hele herdenking duurt zo'n half uurtje. Een half uurtje per jaar stil staan bij alle oorlogsslachtoffers sinds de tweede wereldoorlog (niet echt veel). Niet alleen de slachtoffers van toen maar dus ook van alle oorlogen daarna en van de oorlogen die nog actueel zijn herdenken.
Dagelijks vallen er doden ten gevolge van oorlog en ruzies. En het meest trieste is dat het mensen zijn die het elkaar aandoen. Mensen die na kunnen denken over wat ze doen, maar die blijkbaar ergens op hun levenspad hun geweten kwijt geraakt zijn en vinden dat je met oorlogvoering kunt krijgen wat je toekomt.
Nu zit ik thuis in mijn kleine knusse huisje. Kaarsjes aan, een warm kopje thee en mijn laptop op mijn schoot om mijn verhaal te tikken.
Wat een rijkdom. Je hebt niets nodig, als je vrijheid hebt dan ben je rijk, heel rijk.
Ik voel een golf van warmte door me stromen. Ik ben een gelukkig mens, ik mag leven in een land waar vrede is en waar ik de vrijheid heb om mezelf te zijn.
Ik heb een dak boven mijn hoofd, stromend water uit de kraan, licht, verwarming, eten, drinken. Ik leef in luxe en zekerheid. Iets wat de hedendaagse slachtoffers van oorlogen niet kunnen zeggen.
Vrijheid is geen vanzelfsprekendheid en daarom is het naar mijn mening belangrijk om stil te blijven staan bij de offers die mensen gemaakt hebben en nog maken voor vrijheid.
We moeten onze kinderen leren dat de wereld groter is dan ons eigen cirkeltje waarin we ronddraaien. Dat de oorlogen elders ook ons aangaan. Dat we onze vrijheid niet cadeau gekregen hebben, dat mensen daarvoor gestorven zijn.
De tweede wereldoorlog, we willen het niet nog eens meemaken. Wij niet, maar laten we niet vergeten dat een paar uur vliegen hier vandaan mensen leven die het nog steeds meemaken.
Vrede is nog lang niet in zicht
Ik herdenk, ik denk
Ik zet het op papier
in de vorm van een gedicht.
Monika Eberhart
dinsdag 25 april 2017
Pijn, het is gewoon nooit fijn.
Als je elke dag pijn hebt dan is het leven anders dan wanneer je pijnloos de dagen doorkomt. Velen zullen het met mij eens zijn, maar mensen die er geen last van hebben kunnen zich vaak niet voorstellen hoe het is om met pijn te moeten leren leven.
donderdag 6 april 2017
In gesprek met mijn jongere ik
Laatst had ik een hele bijzondere droom. Ik kwam een meisje tegen van een jaar of 12. Toen ik haar goed bekeek zag ik dat ik het zelf was, ik kwam mezelf tegen in een droom. Een hele gekke gewaarwording.
Ik weet niet veel meer van de droom. Ik weet dat ik met mezelf in gesprek ben gegaan, maar ik weet niet waarover. Het was wel een heel duidelijk beeld. Ik had een blauwe broek aan en een witte poncho met gekleurde bloemetjes. Mijn haren waren tot mijn schouder, stijl, asblond en een beetje vettig. Lang en dun stond ik daar te kijken hoe mijn oudere ik naar mij aan het kijken was.
Toen ik wakker werd vroeg ik me af wat ik tegen mezelf zou willen zeggen als ik mijn jongere ik tegen zou komen. Een interessant gegeven. Wat zeg je tegen je jongere ik zonder de toekomst uit te willen stippelen? Geef ik mezelf advies? of ga ik mezelf waarschuwen voor wat er komen gaat? Ga ik verklappen hoeveel kinderen ik ga krijgen? Hoeveel liefdes mijn pad zullen passeren? hmmmm
Lieve ik,
Je bent nu 12 en spreekt nog geen Nederlands. Je kunt me wel verstaan, maar ik vraag me af of je alles begrijpt wat ik tegen je zeg. (ik ga toch maar verder in het Nederlands anders moet de lezer zijn heil zoeken in Google Translate).
Je bent nog zo jong en puur, onwetend van wat het leven je nog gaat brengen. Ik kan je zeggen dat je nog heel wat te wachten staat. Dat ik keuzes heb gemaakt waar ik niet altijd achter stond, maar die op dat moment de beste keuzes leken. Spijt heb ik niet, het heeft me mooie dingen gebracht. Dus maak die keuzes en laat de twijfel voor wat het is.
Het leven gaat je vreugde en verdriet brengen, je zult er sterker van worden maar ook harder. Hierdoor zullen mensen je op z'n tijd raar vinden, je niet begrijpen, een verkeerd beeld van je krijgen. Wees niet bang en blijf dicht bij jezelf. Het doet er niet toe wat anderen van je vinden, als ze je eenmaal raar vinden dan zullen ze dat blijven doen en voor hun eigen genoegen aan dat beeld vast blijven houden.
Durf het aan om aan iets nieuws te beginnen en doe vooral dingen die jou een goed gevoel geven. Leer van je fouten, ook al blijf je ze keer op keer maken. Uiteindelijk zul je er van leren.
Laat je tranen gaan als je verdrietig bent en praat vooral veel met jezelf, jij zult de enige zijn die echt naar jou zal luisteren dus maak daar gebruik van. Zoek je eigen antwoorden op je vragen en los je eigen problemen op. Daarmee zul je als eenling overleven in een maatschappij die steeds gejaagder en egoïstischer zal worden.
Luister naar jezelf, maak offers alleen voor de mensen waar je het meest van houdt. Durf af en toe egoïstisch te zijn, want als je niet voor jezelf zorgt val je om. Vergeet in dit alles niet om je hand uit te reiken naar de mensen die je nodig hebben. Sta altijd open om anderen te helpen, maar verwacht er niets voor terug.
Ik zou nog zoveel meer tegen mijn jongere ik willen zeggen, maar ik wil ook niet een indoctrinerende preek geven. Ik weet van mezelf dat ik dan toch niet meer luister :-).
Leef je leven en maak er iets moois van.
Liefs,
Ik
zaterdag 11 maart 2017
Afvallen in de overgang
Naarmate vrouwen ouder worden komen de kilo's er langzaam bij. De kilo's worden ook wel de overgangskilo's genoemd. Je hoeft er niets voor te doen, je krijgt ze gratis en het gaat bijna ongemerkt. Beetje bij beetje neemt het gewicht toe, tot je tien jaar verder en tien tot vijftien kilo zwaarder bent.
woensdag 8 maart 2017
Luister altijd naar je gevoel (en naar je gezonde verstand)
Mijn werkdag zit erop. Ik rijd naar huis over de A16, zoals elke dag. Vandaag loopt het iets anders.
maandag 6 maart 2017
Ik heb emigratie schizofrenie
Iedereen die ooit geëmigreerd is zal het kunnen beamen, na een emigratie
ben je nooit meer dezelfde. Je bent opeens met z'n tweeën (of drieën of vieren, afhankelijk van hoe vaak je verkast bent). Je verandert in de persoon die je bent in je geboorteland en de persoon die je bent in het gastland.
Ik weet natuurlijk bijna niets meer van de begintijd, maar ik weet wel dat verhuizen naar een ander land mij gevormd heeft tot iemand die ik niet was geworden als ik alleen in Nederland was opgegroeid.
Ik ben meertalig opgevoed en bij elke taal hoort een soort van andere persoonlijkheid. Natuurlijk ben ik in de kern gewoon ik, maar bij elke taal die ik spreek hoort een stukje van mezelf dat niet past in een andere taal. Het is alsof ik mezelf aanpas aan het land waar de taal bij hoort.
Twee jaar geleden was ik na een afwezigheid van zo'n 13 jaar weer eens in Peru. Ik verbleef daar een paar weken. De eerste uren was het weer even wennen, de geur, de taal, de mensen, de muziek, het weer, allemaal zo anders dan in Nederland. Toch voelde ik me na een paar uur weer helemaal vertrouwd, alsof ik weer thuis kwam. Ik was van het ene thuis naar het andere thuis gegaan, alleen had ik mijn Nederlandse ik in Nederland achter gelaten. Binnen de kortste keren sprak ik weer probleemloos Spaans en voelde ik me prettig en vertrouwd in het land waar ik als klein meisje zoveel jaren had gewoond.
![]() |
Lima Peru |
Het gekke is dat ik mijn Nederlandse ik niet kan zijn in Peru, en mijn Peruaanse ik niet kan zijn in Nederland. Je moet je aanpassen aan de mensen van de andere cultuur anders is het onmogelijk om in contact te blijven met elkaar. Dus als ik in Peru ben dan laat ik mijn Nederlandse ik hier achter. En hier is weinig van mijn Peruaanse ik te merken (behalve als ik muziek draai, dat is bijna altijd Spaanstalig).
Ik besta dus uit twee personen in een lijf en ik ervaar dat als een rijkdom. Door op te groeien in een andere cultuur heb ik geleerd dat iedereen in de basis gelijk is. Dat je alleen in een ander land kunt leven als je je aanpast aan de cultuur en de gewoontes van dat andere land en diens mensen. Je bent er te gast en je moet een van hen worden en niet andersom. Stel je voor dat ik hier zou verwachten dat iedereen zich aan zou passen aan mijn Peruaanse ik, daar maak ik geen vrienden mee denk ik. Stel dat ik zou willen dat iedereen Spaans met me praat, dat iedereen mijn Peruaanse muziek luistert, dat iedereen granadilla, choclo, palta, cebiche en aji de gallina zou moeten gaan eten. Dat iedereen het Peruaanse volkslied zou moeten kennen en dat er bij voetbalwedstrijden de Peruaanse vlag uit de ramen zou moeten hangen. Stel je voor.......dat zou toch wel gek zijn.
Door mezelf aan te passen aan het land waar ik op dat moment ben word ik een van hen (nooit 100% natuurlijk) en word ik voor mijn gevoel sneller geaccepteerd als gelijkwaardig medemens. Door me aan te passen aan de mensen in Nederland en aan de gewoontes in dit land zien mensen mij als Nederlander. Toch voel ik me niet 100% Nederlander, maar als het goed is merken anderen daar niet veel van. Of toch wel?....
![]() |
Amsterdam Nederland |
Er zijn gewoontes in Nederland die ik mezelf nooit eigen zal maken. Verjaardagen bijvoorbeeld. Waarom moet alle visite altijd gefeliciteerd worden met de jarige? In mijn ogen is de jarige dan niet speciaal meer want iedereen wordt gefeliciteerd. Je komt een ruimte binnen en dan zitten daar alle mensen in een rondje bij elkaar en je moet iedereen een hand geven en zeggen:" Hallo. Gefeliciteerd". Ik zal daar nooit aan wennen en vind het net zo ongemakkelijk als in het begin toen ik hier pas woonde. Als ik er even onderuit kan komen dan doe ik dat. Ik roep dan maar:" Iedereen gefeliciteerd!" en alleen de jarige krijgt van mij een hand of kus en een cadeautje.
In Peru zal ik nooit wennen aan de massale gewoonte om nooit op tijd op een afspraak te verschijnen. Als je om zeven uur met iemand afspreekt dan is het heel normaal dat de afspraak pas om acht uur begint. Ik zal dan toch om zeven uur klaar staan, om vervolgens een uur de tijd te moeten doden met heen en weer lopen, ijsberen en mezelf te ergeren.
Door te emigreren heb ik emigratie schizofrenie gekregen (zelfgekozen woord), maar dan wel op een positieve manier. Ik zie alleen maar voordelen. Het heeft me geleerd om flexibel te zijn en zonder moeite met allerlei culturen om mij heen te kunnen leven zonder daar steeds bij na te hoeven denken.
Ik ben mijn ouders dankbaar voor de emigratie van 48 jaar geleden!
Monika Eberhart